Vijf tips bij schurende generatieverschillen op de werkvloer

In de jaren ’20 zien we een nieuw fenomeen. Op de werkvloer kom je inmiddels vijf generaties tegen. Omdat ze niet allemaal elkaars taal spreken, schuurt het geregeld. Met name tussen ‘boomers’ en Millennials. Hoe ga je daar als werkgever mee om? Loopbaanadviseur Huub Starmans deelt vijf tips en inzichten.

De laatste nog werkende babyboomers (1940-1955), hun kinderen generatie X (1955-1970), ‘de pragmatici’ (1971-1985), de Millennials of generatie Y (1985-2000) en de eerste van generatie Z (2001- 2015); ze zijn allemaal aan de slag. Zoals al eeuwen het geval is botert het niet altijd tussen oud en jong. In dit geval bestaat de oude generatie uit boomers, generatie X en pragmatici en de jonge uit Millennials en Gen Z.

Een voorbeeld. Ouderen* storen zich aan jongeren die om 10 uur het kantoor binnen lopen en mompelen iets te hard: ‘Het arbeidsethos is ook niet meer wat het geweest is’. Ze zien niet dat de jongere collega de avond ervoor thuis al heeft gewerkt. De jongere, die de stroperige procedures en regeltjes van de oude garde toch al als een enorm energielek ervaart, voelt zich niet begrepen en denkt ‘wat doe ik hier’?

Het gevolg van deze miscommunicatie: ergernis en uitstroom. Uit onderzoek van Deloitte blijkt dat 49% van de Millennials binnen twee jaar van baan wil wisselen. Heb je ze net opgeleid, zijn ze alweer vertrokken. Oorzaak daarvoor is dat de jongere generatie mondiger is: de pragmatici, de kinderen van de babyboom-protestgeneratie, hebben hun kroost lekker vrij opgevoed. Millennials zijn gewend om altijd aandacht te krijgen, zijn opgegroeid in luxe en mogen van alles. Op de werkvloer lopen ze ineens tegen grenzen aan.

 

Lees ook het artikel in Binnenlands Bestuur over conflicten als gevolg van generatieverschillen

Daarom deze tips voor werkgevers en HR-managers.

1.Word je bewust van generaties

Generatieverschillen als oorzaak van conflict op de werkvloer is nog vaak een blinde vlek van werkgevers. Analyseer daarom eerst wat er bij jou op de werkvloer gebeurt. Bekijk je personeelsbestand eens vanuit leeftijd. Hoeveel medewerkers heb je uit de verschillende generaties? Als je daar zicht op hebt, weet je op wie je moet letten. Spelen er generationele conflicten? Waar lopen medewerkers tegenaan?

2. Doorbreek generationele patronen

Bespreek vervolgens de overeenkomsten en verschillen op de werkvloer met de medewerkers. Als duidelijk wordt wat er achter ergernisgevend gedrag zit, ontstaat er begrip. Weet een junior welke gedachte er achter een procedure zit? Weet een senior dat er een technologie is waarmee het online allemaal veel makkelijker kan? Zoek naar hoe generaties elkaar kunnen versterken.

3. Stimuleer mobiliteit

Medewerkers blijven gemiddeld twee tot drie jaar in dezelfde baan en wisselen dan van functie of werkgever. Banen voor het leven zijn niet meer van deze tijd. Wees daar als werkgever op voorbereid en stimuleer (interne) mobiliteit.

4. Introduceer reverse mentoring

Traditioneel leren jongeren van ouderen hoe het vak werkt. Ouderen hebben kennis en overzicht. Maar ouderen moeten ook van jongeren leren. Vroeger werd je opgeleid voor een vak en kon je daar de rest van je loopbaan mee voort. Door nieuwe technologie- en communicatiemogelijkheden veranderen vakgebieden nu zó snel dat het belangrijker is om goed te zijn in generieke ‘21st century skills’ dan in een vak. Snel grote hoeveelheden informatie verwerken, kunnen schakelen tussen bronnen, omgaan met devices en apps, echt van fake news onderscheiden; deze vaardigheden zijn onmisbaar. Introduceer daarom ‘reverse mentoring’ in je organisatie, waarbij een senior gecoacht wordt door een junior op de toepassing van deze skills.

5. Wees voorzichtig met privileges

Laat jongeren niet alleen het handwerk doen maar geef ze ruimte voor vernieuwing. Als je als werkgever zegt: “je moet hier eerst vijf jaar werken voordat je geen nachtdienst hoeft te draaien”, jaag je jonge mensen weg.

 

* Voor deze blog scheer ik voor het gemak alle ouderen en jongeren over een kam. Niet alle ouderen gedragen zich als in de genoemde voorbeelden en dat geldt ook voor de jongeren.